Dodenherdenking. Zoals altijd een indrukwekkende gebeurtenis, die na tachtig jaar weinig tot niets van zijn zeggingskracht heeft verloren. De voorafgaande bijeenkomst in de Nieuwe Kerk is misschien emotioneel belangrijker dan de rituelen op de Dam naderhand. De toespraak van Philip Freriks hakte er in ieder geval flink in. Gelukkig wist ook premier Schoof even later de juiste snaar te raken. Dat was een grote meevaller, want in de regel neigen de speeches van de premier tot gênante en tenenkrommende blabla-verhalen. Niet nu dus.

Gelukkig bleef het tijdens de twee minuten stilte rustig, op een enkele kreet over ‘Free Palestine’ na. Idioten, die volgens sommigen eigenlijk afgevoerd en gegeseld dienden te worden. Wat uiteraard gelukkig niet gebeurde. En na de toespraak van Schoof meende iemand te moeten roepen dat hij ‘bloed aan zijn handen had’. Je mag dat natuurlijk vinden – het optreden van de regering kun je ook moeilijk recht door zee noemen – maar één ding is zeker: de dodenherdenking is niet de gelegenheid om dat soort politieke meningen te debiteren. En zeker niet luidkeels.
Natuurlijk, de gebeurtenissen in Gaza zijn een schandvlek voor de mensheid, maar kunnen niet worden opgelost door de Nationale Dodenherdenking als decor voor luidruchtige demonstraties te misbruiken.
